Alle (bedrijfs)daken in Nederland volleggen met zonnepanelen, dat is wat velen in Nederland zouden verkiezen boven al te veel zonnepanelen in het veld. Maar een zonnepaneleninstallatie op het dak leggen is makkelijker gezegd dan gedaan. Ecorus heeft uit de opgeleverde projecten van de afgelopen jaren veel geleerd over het ontwikkelingsproces. Wat komt er zoal bij kijken om de bouw van een zonnestroominstallatie op grote daken te kunnen realiseren?
Het startpunt van de haalbaarheidsstudies die Ecorus uitvoert voordat een project tot verdere ontwikkeling wordt gebracht, is een beoordeling van de geschiktheid van het dak. Het dak zal op een aantal punten moeten worden getoetst en dat gebeurt in nauw overleg met de klanten. “En we schakelen daarvoor ook externe partijen in”, vertelt Daan Vlaar, projectontwikkelaar bij Ecorus. Om te berekenen of het dak het extra gewicht van de panelen wel kan dragen, moeten bijvoorbeeld gegevens worden verzameld bij de bouwer van het pand, en wordt een constructief adviseur ingeschakeld die een draagkrachtberekening maakt. “Daar kan uitkomen dat het dak moet worden ‘verstevigd’. Voor het dak van een loods met zes hallen waar Ecorus 5500 panelen op wilde leggen, moesten we bijvoorbeeld aan de dakconstructie extra draagbalken laten toevoegen.” Dat proces vergt een goede coördinatie door de projectontwikkelaar, omdat de werkzaamheden van de aannemers voor de versteviging van het dak en het aanleggen van de zonnepaneleninstallatie natuurlijk op elkaar moeten worden afgestemd, en het proces niet te veel vertraging mag oplopen.
“Maar ook de dakbedekking kan een probleem blijken, dat we moeten aanpakken vóórdat de panelen het dak op gaan”, zegt Daan Vlaar. “Als de bedekking verouderd is, kan het zijn dat die moet worden vervangen ergens tijdens de levensduur van de panelen.” En om die vervanging mogelijk te maken, zouden dan eerst alle panelen weer van het dak moeten – dat is natuurlijk niet kostenefficiënt. “Dat kan betekenen dat het soms slimmer is om die investering naar voren te halen – maar daar moeten wij de klant daar wel van kunnen overtuigen”. En in iedere organisatie is er wat betreft zo’n investeringsbeslissing betreft weer aan andere dynamiek. “Familiebedrijven gaan daar heel anders mee om dan grote corporates, waar veel meer mensen en afdelingen bij zo’n beslissing zijn betrokken.” Ook hier moet de projectontwikkelaar weer optreden als procesbewaker. Soms is het een race tegen de klok – complicerende factoren zijn bijvoorbeeld de capaciteit op de locatie om elektriciteit terug te leveren aan het net, of de deadline van de overheid om binnen een bepaald aantal maanden na subsidieverstrekking opdracht te verstrekken om daadwerkelijk aan de bouw te beginnen.
Omdat de netbeheerders aanvragen voor teruglevering op volgorde van binnenkomst moeten behandelen, kan het slim zijn om de offerte van een netbeheerder wel al te accorderen, ook als belangrijke andere investeringsbeslissingen nog niet zijn genomen. “Dat is een risico voor ons als ontwikkelaars. Voor elk project bekijken we de risicoverdeling weer opnieuw en met vallen en opstaan leren we van elk traject weer iets anders. Het doel blijft natuurlijk projecten realiseren die zowel voor de klant en de samenleving iets opleveren.”
Share this item
